De nieuwe visie op onderzoek: "Avans als expert"

Groeien begint met kennis. Door praktijkgericht onderzoek wil Avans die kennis continu ontwikkelen. Want daarmee maak je het onderwijs nog beter, de beroepspraktijk duurzamer en de wereld mooier. Met Ambitie 2025 in het vizier krijgt praktijkgericht onderzoek een groter podium. Dat vraagt om een heldere, hernieuwde visie. En die ligt er nu. Met daarin de waarde en kracht van onderzoek. Waar gaat Avans heen met haar onderzoek, en waarom?

Robotisering in de zorg

Avans wil een bijdrage leveren aan maatschappelijke uitdagingen, zoals de energietransitie, ondermijnende criminaliteit en veiligheid. Nies Rijnders, projectleider van het project Praktijkgericht Onderzoek & Valorisatie, legt uit dat Avans die problemen door onderzoek te doen sámen met het werkveld en andere kennispartners wil tackelen. “Techniek en geld om maatschappelijke problemen aan te pakken zijn vaak voorhanden. Toch slagen we er nog niet altijd in om ze daadkrachtig aan te pakken. We kunnen naar Mars. Maar als je bijvoorbeeld kijkt naar criminaliteit, dan zie je dat de onderwereld steeds meer vermengt met de bovenwereld. Crystal Meth labs bestaan niet alleen in Breaking Bad, maar ook in boerenschuren op het platteland van Brabant. Door samen met veiligheidsregio’s onderzoek te doen krijg je grip op dat soort problemen, hoe ze ontstaan en wat oplossingen zijn.”

De nieuwe visie op onderzoek: “Avans als expert

Werkgroep Praktijkgericht onderzoek & Doorwerking

Naar aanleiding van Ambitie 2025 heeft het LIC de opdracht gekregen om de eerdere visie op onderzoek te herijken. Vanuit daar is een werkgroep opgericht met onder andere Nies als projectleider en Milou van Harsel als adviseur Onderzoek in Onderwijs. Zij sloten zich aan bij het project vanwege hun onderzoeksachtergrond en drive om onderzoek binnen Avans een boost te geven.

Onderzoek met impact

Avans deed al praktijkgericht onderzoek, maar het is tijd voor de volgende stap. “We willen veel meer herkend en erkend worden als kennisinstelling door partners in het werkveld en de samenleving. Daar moet het beeld bestaan dat je bij Avans moet zijn als er problemen op gebied A, B of C zijn, licht Nies toe.

De nieuwe visie? Een stevigere maatschappelijke impact creëren door nieuwe kennis te ontwikkelen op een aantal specifieke inhoudelijke thema’s. En dat via een gestructureerde en georganiseerde verbinding met het onderwijs en de beroepspraktijk.

“Onderzoek met impact”, laten Milou en Nies geregeld vallen. “Die impact gaat over resultaten en kennis uit onderzoek, maar ook om de ontwikkeling van studenten, professionals en bedrijven”, vertelt Milou.

Impact wil Avans op 3 gebieden gaan zien. Allereerst op onderwijs: “We willen kennis uit onderzoek nog meer verankerd krijgen in het onderwijs. En docenten en studenten zoveel en zo lang mogelijk betrekken bij onderzoek. Docenten dragen de nieuwste kennis over op studenten. Daarnaast zijn het de studenten zelf die onderzoeksvaardigheden leren en kritisch leren denken. Milou: “Studenten zijn de probleemoplossers van de toekomst. En dat gaat zelfs nog een stapje verder, want je wilt dat die studenten ook innovaties gaan starten. Dat ze ook verder denken dan de problemen van nu en kansen en ontwikkelingen zien.”

Onderzoek heeft ook waarde voor het werkveld en de maatschappij, het tweede impact-gebied. Studenten nemen een rugzak vol kennis mee naar het werkveld. Nies legt uit dat die olievlek van kennis zich snel en over een groot gebied kan verspreiden met duizenden afstudeerders per jaar. En daarmee help je dus veel organisaties en instellingen. “Energietransitie is zo’n maatschappelijk vraagstuk dat in veel bedrijven speelt. Met onderzoek ontwikkel je bijvoorbeeld methodes of instrumenten om die energietransitie te versnellen en te versimpelen.” Het onderzoek is vaak gekoppeld aan de Sustainable Development Goals en hoe je daaraan een belangrijke bijdrage kunt leveren, want duurzaamheid is hot topic in de maatschappij en in bedrijven.

Een derde domein waar Avans impact wil maken met onderzoek, is op wetenschappelijk terrein. Daarom is samenwerken met onderzoekers van andere hbo-instellingen en universiteiten ook zinvol. Ook in het buitenland. Nies vertelt dat dit nu bijvoorbeeld al gebeurt in een Living Lab met Brazilië op het gebied van biobased materials en in een onderzoeksproject rondom duurzame openbare verlichting met partners uit België, Frankrijk en Engeland.

Specialistische kennis

“Door te focussen op een beperkt aantal onderzoeksthema’s, de zogenaamde thematische zwaartepunten, kun je meer impact genereren”, leggen Nies en Milou uit. “Je kunt niet alles onderzoeken en door te kiezen krijg je specialistische kennis.” De thematische zwaartepunten zijn inmiddels bepaald, hoewel de werktitels nog voorlopig zijn. Het gaat om:

  • Een veilige en veerkrachtige stedelijke samenleving

  • Technologische innovatie in materiaal- en energietransitie

  • Wellbeing economy

  • Gezondheid en zorg

Nies: “Samen met het werkveld, andere kennisinstellingen, onze opleidingen en lectoren gaan we dan bepalen welke subthema’s per zwaartepunt relevant zijn. Binnen veiligheid zijn dat bijvoorbeeld cybercrime, defensie en veiligheid achter de voordeur.” Hoe verhouden deze thema’s zich dan tot de huidige expertisecentra en lectoraten? “Ze lijken wel op een aantal huidige expertisecentra, maar de insteek is anders. We willen nu nog meer zoeken naar cross overs en multidisciplinariteit en focus, met meer mensen en middelen. Binnen het zwaartepunt over zorg zul je ook mensen nodig hebben die technisch goed onderlegd zijn, zoals in data of robotisering. Idem dito voor energietransitie: Als je een bio-based brug ontwerpt, moet daar wel markt voor zijn. Met 1 brug maak je de wereld niet duurzamer. Of neem de nul op de meter: waarom willen mensen dat niet? Hoe krijg je die mensen in beweging? Daar zit ook een grote sociale component aan.”

Obstakels op de route

Dat een visie opschrijven niet zonder wrijving gaat, heeft de werkgroep aan den lijve ondervonden. “Een visie moet geen kil, opgelegd document zijn, maar er moet juist draagvlak zijn. Daarom spraken we vanaf het begin af aan bottom-up met alle betrokkenen bij praktijkgericht onderzoek. We probeerden zoveel mogelijk recht te doen aan de verschillende wensen en belangen. En daar ontstond het grote dilemma, want je wilt de totaal verschillende belangen samenbrengen, draagvlak creëren en dan ook nog een visie met duidelijke richting uitstippelen”, vertelt Nies. Want wat doe je met andere thema’s die niet direct onder zo’n zwaartepunt vallen? Milou: “Onderzoek binnen de creatieve sector of naar onderwijs blijft Avans ondersteunen, want ook die onderwerpen blijven belangrijk en kunnen de zwaartepunten verbinden.”

Avans als expert op tv

Er wordt al volop gedroomd over het onderzoeksimago van Avans. “Over de onderzoeksgebieden waar wij sterk op zijn, zien we graag onze lectoren praten op tv, bijvoorbeeld bij het journaal of aan tafel bij Jinek. Dan ben ik blij. Dat Avans zichtbaar is in de media als volwaardige gesprekspartner en ze Avans vragen vanwege haar deskundigheid op maatschappelijke vraagstukken die spelen. Herkenning en erkenning op onze expertise. Een aanwijsbaar verschil maken”, vertelt een glunderende Nies. Milou: “Ik zie de droom ook in onze studenten. Dat zij de boer opgaan met hun state-of-the-art-kennis, gevoed door ons praktijkgerichte onderzoek, om problemen bij bedrijven aan te pakken. Of in studenten die zich gedurende en na de opleiding willen verbinden aan het praktijkgericht onderzoek binnen Avans en daarmee de onderzoekscommunity een boost geven. Door een status als kennishouder trekt Avans ook weer studenten, docenten en lectoren aan.”